Bij de 21e zondag (door het jaar A)
Wie ben ik? Wie ben ik in de ogen van de mensen? Wat zeggen ze over mij? Hoe zien ze mij? En jij, wie zeg jij dat ik ben?
Het zijn herkenbare vragen, ook Jezus worstelde daarmee. Vanuit Jezus’ standpunt had het wellicht te maken met de twijfel of zijn volgelingen reeds ten diepste wisten wie Hij werkelijk was, namelijk, de zoon van God, de mensenzoon…
De twijfel is ook ons deel, wanneer we niet goed begrepen worden, of dikwijls onszelf niet verstaan in onze reacties naar anderen toe. Ben ik echt zo? Wie wil ik zijn? Of kan het mij niet schelen wat anderen over mij denken?
Jezus schenkt Petrus de sleutels van de hemel. Een sleutel verleent iemand macht over eigendom. Petrus krijgt als het ware een sleutelpositie. Laten wij ons even bezinnen bij de sleutels die ons aangereikt worden via ons geloof in Jezus. De sleutel tot meer inzicht in wie wij zijn, ligt voor ons als christenen, niet in onszelf, maar wordt ons geschonken. Het gaat er niet echt om wie wij zijn, maar door wie wij ons laten vormen. Het is Jezus zelf die ons maakt tot wie wij zijn. Wij zijn geliefden van de Vader, geliefde kinderen van God. Door de liefde van God, die ons dagelijks gegeven is, kunnen wij liefdevolle mensen blijven of het nog meer worden. De apostel Paulus schrijft in één van zijn brieven: het gaat niet om mezelf, maar om Christus die leeft in mij…
Onze identiteit als christen ligt in Christus en in hoe wij, elke dag opnieuw, mogen leren leven en worden zoals Hij. Hoe verrijkend en bevrijdend is het om te beseffen dat wij als gelovigen gelijkwaardig zijn in het christen-zijn. Dat wij leren zien, voorbij onze kleine kantjes en onhebbelijkheden, dat wij in de kern mooie mensen zijn, die geliefd zijn door God en van daaruit liefde kunnen zijn voor elkaar. In het boeddhisme spreekt men over het zoeken en ontdekken van de boeddha-natuur, de werkelijke kern van elke mens. In het hindoeïsme heeft men het over het besef dat het eigen ik uiteindelijk opgaat in Atman, het universele ik-gevoel, de levensadem van het universum… Misschien moeten we in ons christelijk geloof ons christus-bewustzijn terug ontdekken en uitzuiveren, het in de praktijk brengen in onze omgang met elkaar.
Jezus kent ons, wij kennen Hem, wij laten ons door Hem kennen, Christus, de zoon van God, is onze sleutel tot meer inzicht in wie wij mogen zijn.
In Psalm 139, een geliefde tekst van vele gelovigen, wordt in heldere woorden het dieper inzicht van de gelovige uitgedrukt, het is de Heer die ons kent en zo vinden wij onze identiteit in God. Deze versie uit de Bijbel in Gewone Taal lezen we ook voor in elke doopviering.
Heer, u weet alles van mij, u kent mij.
U weet waar ik ben, en u weet waar ik heen ga.
U weet wat ik denk, ook al bent u ver weg.
U ziet me als ik thuis ben en u ziet me onderweg.
U ziet alles wat ik doe.
Voordat ik mijn mond opendoe, weet u al wat ik wil zeggen.
U bent voor mij en achter mij, u bent om mij heen.
Uw hand houdt me vast.
Ik vind het een wonder dat u mij zo goed kent.
God, ik wil dat u alles van mij weet, ik wil dat u weet wie ik ben.
Kijk in mijn hart, onderzoek al mijn gedachten.
Kijk of ik leef zoals u dat wilt, en leid me op de weg die u wijst.