Bij de 5e paaszondag (C-cyclus)
(schelp aan het oor houden en een tijdje luisteren naar ‘de zee…’)
Mooi, echt mooi, en rustgevend… Heb je dat ook al eens gedaan?
Geluisterd naar de zee in zo’n schelp?
De schelp is zo ver van de zee,
maar wie goed luistert, hoort diep in de schelp
waar haar oorsprong ligt, waar ze vandaan komt.
Eigenlijk een mooie bezinning waard,
kunnen we, wanneer we naar onszelf luisteren onze oorsprong ontdekken,
kunnen wij horen waartoe wij geroepen zijn als mens, als christen?
Diep in onszelf ligt een verlangen verborgen naar onze oorsprong,
naar een wereld vol vrede, liefde en goedheid,
een wereld van warme geborgenheid,
zoals toen wij negen maanden gewiegd werden
in het levenswater van een moederschoot.
(schelp aan het oor houden en een tijdje luisteren naar ‘de zee…’)
De rust, de vrede, de innerlijke harmonie die je kan gewaarworden
diep in jezelf verwijst naar je oorsprong.
Wij, mensen, maar ook alles in de natuur is gemaakt
voor een paradijselijke toestand van eenheid, evenwicht en harmonie.
De Chileense dichter en nobelprijswinnaar Pablo Neruda (°1904 +1973)
heeft in al zijn gedichten de droom neergeschreven
van een nieuwe wereld, een wereld vrij van alle angst en geweld,
bevrijd van alle vernietigende dictatuur door de mens op Gods schepping.
In zijn ‘Ode aan de lucht’ laat hij het natuurelement lucht aan het woord.
In het gesprek met de lucht, vraagt hij de lucht om vrij te blijven,
zich niet te laten commercialiseren, zoals mensen met het water doen.
Mensen verkopen het water en houden het gevangen
in waterbuizen en watertorens.
Ik lees jullie een klein fragment uit de langere ‘Ode aan de lucht’:
“Nee, lucht, verkoop je niet, laat je niet kanaliseren,
laat je niet door pijpleidingen voeren, laat je niet opsluiten,
niet samenpersen, laat geen tabletten van je maken,
laat je niet in een flesje stoppen, pas op!
… lucht, laat je inademen, laat je niet onderwerpen,
vertrouw niemand die in een auto komt om je te inspecteren
bemoei je niet met ze, lach ze uit, blaas de hoed van hun hoofd,
neem hun voorstellen niet aan,
laten wij samen door de wereld dansen,
de bloesems van de appelboom schuddend,
overal door de ramen naar binnen gaan, samen fluitend,
fluitend, melodieën van gisteren en morgen,
en er zal een dag komen waarop wij
het licht en het water bevrijden, de aarde, de mens,
en alles voor iedereen zal zijn, zoals jij nu al bent.”
In de paastijd zingen wij na de communie
het visioen van een nieuwe wereld, waarin licht en water,
aarde en mens bevrijding vinden omdat alles nieuw zal zijn.
Het is zoals de apostel Johannes schrijft in zijn visioen:
“God zal alle tranen uit hun ogen wissen.
Er zal geen dood meer zijn, geen rouw,
geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was, is voorbij.’
Hij die op de troon zat zei: ‘Alles maak Ik nieuw!” (Op. 21:4-5a NBV21)
Dan komt de dag dat wij licht en water, aarde en mens bevrijden.
Dan komt de dag, dan zal het zijn: alles, alles voor allen.
Nu is de dag dat wij licht en water, aarde en mens bevrijden.