Priester Pradip

Herkansing

Bij de 3e paaszondag (C-cyclus)

Met dit mooie schilderij van de Koreaanse kunstenaar Yongsung Kim,
kunnen wij ons inleven in dit prachtige verrijzenisverhaal.
Het is ochtend en de leerlingen,
die teruggekeerd zijn naar hun vroegere werk als visser,
hebben die nacht niets gevangen.
Hun gedachten zijn zwaar en ze zijn hopeloos
nu hun meester niet meer bij hen is. Ze voelen zich verloren.

De mooie wending in dit evangelieverhaal is dat het Jezus zelf is,
ook al wisten ze dat toen nog niet, die hen terug leert vissen.
Het is aan de rechterkant van hun boot
dat zij hun netten in zee moeten gooien.
Weer is een wonderlijke visvangst mogelijk,
weer gaan hun ogen open en herkennen ze hun meester.
Heb je er ook op gelet dat Jezus eigenlijk wel eten bij zich had,
want toen zijn leerlingen terugkeerden naar het strand
had Jezus al brood en vis op het houtskoolvuurtje liggen.
Een gezellig en vertrouwd tafereel, de geur van gebakken brood en vis,
het knisperen van vuur, de uitnodiging om samen te eten.

Jezus moet telkens weer opnieuw verschijnen
en zijn leerlingen ervan overtuigen dat Hij dezelfde is.
Hij is het die gekruisigd werd, dood en begraven,
maar die leeft, die is opgestaan, Hij is dezelfde Jezus.
Net als de leerlingen toen hebben ook wij het er soms moeilijk mee
om te geloven dat Jezus verrezen is.
De leerlingen moeten telkens weer door Jezus overtuigd worden
van Zijn verrijzenis. Denk maar aan de ongelovige Tomas,
de Emmaüsgangers,
de bange leerlingen die zich opsluiten in de bovenzaal.
Jezus probeert met handen en voeten duidelijk te maken
dat alles wat Hij aan zijn leerlingen de voorbije drie jaren heeft verkondigd
geen loze woorden waren.
Dat Hij zou opstaan op de derde dag is waarheid geworden.

Petrus herinnert zich bij het het ontbijt aan het houtskoolvuur
op het strand van het Meer van Tiberias
die andere houtskoolvuren in de nacht dat Jezus verraden werd.
Hij herinnert hoe hij doodsbang was en in tweestrijd,
hoe hij met een klein hartje Jezus gevolgd was
en hij, Petrus, tot driemaal toe herkend werd als volgeling van die Jezus.
Maar Petrus was te bang en ontkende het,
tot driemaal toe en toen kraaide er een haan.
Op het strand langs het Meer van Tiberias
geeft Jezus aan Petrus een herkansing.
Petrus mag zijn fout goedmaken.
Tot driemaal toe vraagt Jezus naar Petrus’ toewijding aan Hem.
Als een goede herder zal Petrus zorg dragen
voor de lammeren en schapen uit Jezus’ kudde.
Petrus zal Jezus volgen tot in de dood.
De bange leerlingen krijgen door Jezus een herkansing,
met deze, en geen andere, wil Jezus in zee gaan
en toekomst schrijven.