Willem Vermandere schreef een lied over ‘De veugelkes’ (album ‘Onderweg’ 1999). Ik herwerkte deze liedtekst tot een bezinning over wat wij te leren hebben van de vogels.
Wat we kunnen leren van de vogels
is hun eenvoud en tevredenheid.
Ze hebben niet veel nodig om te leven;
geen kleren, geen huis,
enkel wat vliegjes, rupsen en wat zaad
en takjes en pluimpjes voor hun nestje.
Wat we kunnen leren van de vogels
is hun grenzeloze vrijheid, de hemel behoort hen toe.
Met hun vleugels vliegen ze overal heen
van boom tot boom, van de haag tot op het dak.
Ze zijn zonder zorgen,
zingen kwetterend en fluitend hun vreugde uit.
Wij kunnen veel leren van de vogels,
want wij zijn zo verslaafd en verwend
door zovele zaken die ons schandelijk bedriegen.
De vogels zijn met weinig tevreden
en dat is nodig, anders kan je nooit vliegen.
We leren van de vogels deze aarde af en toe los te laten
om de ongekende vrijheid te ontdekken
van een hemel die zoveel ruimer is.
Van de vogels leren we de vleugels van onze ziel te gebruiken
om zo af en toe weg te vliegen.
Via deze link kan je het lied beluisteren.