Priester Pradip

Ubuntu

Bij de 29e zondag door het jaar C

 

“Zal de Mensenzoon bij zijn komst het geloof op aarde vinden?” Het geloof, de gelovigen, laten we het even hebben over onszelf, over onze wijze van geloven, onze diepste overtuigingen, ons geloof. Waarin u en ik geloven, spreken we uit in onze geloofsbelijdenis, met de eeuwenoude klassieke formuleringen, of met alternatieve woorden in de hedendaagse liturgie. De geloofsbelijdenis is een korte samenvatting in woorden. Maar het geloof is gelukkig ruimer dan enkele woorden, het is ook een aanvoelen, een manier van leven. Het synoniem voor geloven is vertrouwen en dat vertrouwen kan je niet instuderen of opgelegd worden. Dat vertrouwen heb je of heb je niet, behoud je of verlies je. Sterk vertrouwen wordt een zekerheid, zwak vertrouwen kan wantrouwen worden, vertwijfeling tot ongeloof. Twijfelende gelovigen zoeken best gelovigen op die in alle eerlijkheid en met groot vertrouwen getuigen van hun geloof. Zij zijn als het ware de steunpilaren, de ondersteuning voor hen die dreigen het op te geven. Proberen wij dat soms, kunnen wij dat betekenen voor anderen? Dat wij als gelovigen ons mogen opstellen als Aäron en Chur om ondersteuning te bieden aan hen die in strijd zijn, dat zij het goede gevecht kunnen overwinnen, om te volharden, of zoals de apostel Paulus ergens schrijft, de wedloop te blijven lopen, met het doel voor ogen en niet opgeven.

Een mens ben je niet op je eentje, je bent mens omdat er medemensen zijn, sterker nog: ‘Ik ben omdat jij bent!’. Dat is de levensfilosofie uit Zuid-Afrika, de regenboognatie van Desmund Tutu en Nelson Mandela. ‘Ubuntu’ komt uit het Xhosa en betekent dat iedereen verbonden is met elkaar.

In hun gezamenlijk boek van vreugde spreken zijne heiligheid de Dalai Lama en aartsbisschop Desmond Tutu elk vanuit zijn achtergrond, boeddhistisch en christelijk, over de aandacht die we moeten hebben voor elke lijdende mens, elke mens is een medemens, een mens zoals jij en ik, elke mens verdient een plek onder de zon…

Zo vertelt Desmond Tutu ook over het concept Ubuntu: “Ik ben omdat jij bent. Een mens is een mens door andere mensen. Als ik een klein stukje brood heb, is het in mijn eigen belang dat ik het deel met jou. Niemand is per slot van rekening uit eigen beweging op de wereld gekomen. Daar waren twee mensen voor nodig. Wij mensen zijn heel concreet geschapen voor een diepgaande verbondenheid. Zo zit het in elkaar. Ik zou niet kunnen praten als ik dat niet van anderen heb geleerd. Ik zou niet kunnen denken zoals mensen denken als ik dat niet van andere mensen heb geleerd. Andere mensen hebben mij geleerd om mens te zijn.”

De Dalai Lama spreekt over zijn ochtendritueel: “Als je een intens gelovige bent, dank je God voor de nieuwe dag zodra je wakker wordt. Je probeert zijn wil te doen. Ik, een boeddhist, doe dat anders, ik denk zodra ik wakker word aan wat Boeddha mij heeft geleerd: hoe belangrijk het is edelmoedig en begaan te zijn, goed te willen zijn voor anderen of althans hun lijden te willen verminderen. Dan bepaal ik mijn doel voor die dag: dat deze dag betekenisvol is. Dat betekent: anderen dienen en helpen, als dat mogelijk is. Als dat niet mogelijk is, dan in elk geval: anderen geen schade toebrengen. Dat is een betekenisvolle dag.”

Mochten wij allen zo kunnen leven vanuit het diepe besef dat wij elkaar nodig hebben, dat wij verbonden zijn met elkaar, dat wij elkaar meer ‘mens’ maken, dan leven wij ten dienste van elkaar, in dienst van de liefde en dan zal de Messias bij zijn terugkomst op aarde zeker geloof vinden.