Bij de 22e zondag door het jaar C
In deze woordverkondiging moet ik spreken, alhoewel ik het over het thema ‘luisteren’ wil hebben… Het bijbelboek Wijsheid van Jezus Sirach is niet opgenomen in de Joodse bijbel en bijgevolg ook niet in de protestantse bijbel en ook niet in de Bijbel in Gewone Taal uit 2014. Bij de voorbereiding van deze woordverkondiging bleef ik haperen bij het laatste zinnetje uit de eerste lezing… Iedereen heeft het gehoord: “Een verstandig mens overweegt gaarne spreuken, en de wijze droomt van een aandachtig gehoor. In de Nieuwe Bijbelvertaling (2004) klinkt het zo: “Een verstandig mens overdenkt de wijsheid van spreuken, een wijze wil een en al oor zijn.” In de Wilibrordvertaling van 1995 staat: “Het hart van de verstandige mens denkt na over de spreuken; wat de wijze voor zichzelf wenst is een oor dat luistert.” Genoeg nu over die verschillende vertalingen, het weze duidelijk: wijze mensen kunnen goed luisteren of wensen dat toch te kunnen.
“Een en al oor zijn” maakt het verschil tussen horen en luisteren. Wij horen allemaal. Ik spreek, mijn geluid is sterker dan de omgevingsgeluiden. Ik hoop dat jullie mij horen… maar ondertussen kunnen jullie met jullie gedachten ver weg zijn, of speelt er een melodie in jullie hoofd… Dan horen jullie wel, maar luisteren jullie niet… Aandachtig horen, je concentreren op bepaalde geluiden, in je hoofd goed verwerken wat je oren opvangen, dat is luisteren… Dus niet horen en het gaat het ene oor in en het andere weer uit, maar luisteren, opvangen, verwerken, met de aandacht en de oren van je hart… Het symbool voor het hart is gemaakt uit twee oren die bij elkaar horen. Een wijze mens, leert Jezus Sirach, is iemand die oren heeft die kunnen luisteren. Zo ontdekken we ook iets van nederigheid,dat de wijze weet dat hij niet weet en veel te leren heeft, een wijze is niet vol van zichzelf, niet zoals een volgezogen spons die verzadigd is en waar niets meer bij kan… Een wijze leert graag uit wat hij hoort, naar wat hij kan beluisteren.
Een spreekwoord uit China leert: “Wie weet, zwijgt. Wie niet weet, spreekt.” En de Dalai Lama geeft ons deze boodschap mee: “Wanneer je praat, herhaal je enkel wat je al weet, maar wanneer je luistert, kan je iets nieuws leren.” Verstandig is het dus om zich te oefenen in het luisteren, luisteren naar je innerlijke zelf, je eigen stem en stemming, luisteren naar de geluiden om je heen, luisteren naar de andere medemens, luisteren, wie weet, naar de stem van God…
Luisteren is bovenal de grondhouding van een gelovige, hebben wij niet allemaal het geloof van horen zeggen?
Hoe vaak staat het niet in de bijbel hoe God vraagt: “Luister toch, mijn volk, hoor naar mijn stem… Ik wil iets nieuws beginnen, luister toch…”
Wie luistert naar Gods stem maakt een nieuw begin mogelijk en daarom wil ik afsluiten met een verwijzing naar de vijftiende statie van de hand van priester-beeldhouwer Omer Gielliet. Veel van zijn houtsculpturen staan in en om de kerk te Breskens.
Het oor is het orgaan waarmee we kunnen luisteren naar Gods woord, naar anderen en de stem van ons geweten. Je gaat door een dood punt en dan gaat die punt aan de haal en wordt een komma, voor een nieuwe zin, zin in het leven. De komma symboliseert de hoop, symboliseert ook het spreken, het uitspreken van die hoop…